“Zeer gevaarlijk” coronavirus staat nog steeds niet op A lijst

kabinet legt voorraad BOA's aanEr is goed nieuws voor de burger en vooral ook voor de ondermemers in ons land die binnenkort een kudde BOA ambtenaren op de stoep kunnen verwachten.

Aangezien het "zeer gevaarlijke", maar nog nooit bewezen coronavirus nog steeds niet formeel op de A lijst staat, zijn alle maatregelen op dit moment nog steeds onwettig. 



Via de organisatie Bluetruth ontvingen wij een interessant bericht dat we onze lezers niet willen onthouden, omdat daarin wordt uitgelegd dat de coronamaatregelen zoals die nu worden uitgevoerd nog steeds onwettig zijn.

Ze hebben daarom een tweetal documenten gemaakt die ook zijn te downloaden via hun website.

Hier volgt het eerste document en dat is gericht aan de BOA, de opsporingsambteneer wat uitlegt waarom het onwettig is wat hij of zij doet en dat ze daardoor zelf mogelijk zelfs strafbaar zijn.

Waarom u niet mag meewerken aan de covid-19 maatregelen

Covid-19 maatregelen:

De zogenoemde corona-maatregelen zijn zeer ingrijpende maatregelen die een ernstig diepe inbreuk op onze fundamentele mensenrechten plegen. Vrijheidsbeperkende maatregelen zijn alleen toegestaan voor mensen waarbij een ernstige en besmettelijke ziekte is vastgesteld die dan ook een aantoonbare ernstige bedreiging voor de gezondheid van de bevolking vormen. Alleen die mensen kunnen en mogen in quarantaine gebracht worden.

Ingrijpende maatregelen mogen ALLEEN op grote schaal worden uitgevoerd wanneer de noodtoestand is uitgeroepen, dit is echter tot op heden nooit gebeurd. De media en de overheid trachten ons in dwaling te brengen door te zeggen dat er een noodsituatie is maar dat is nog iets ander dan het uitroepen van de noodtoestand. De regering weigert de noodsituatie uit te roepen waardoor de afgekondigde maatregelen onrechtmatig en onwettig zijn.

Via Media en politiek wordt geroepen dat Covid-19 op de A lijst staat, daar is immers onlangs in de 2e kamer over gestemd. Lijst A staat beschreven in art. 1e  van de Wet Publieke Gezondheid (WPG). Covid-19 staat daar nog steeds niet op. Dit is mede omdat de eerste kamer hier ook nog over moet stemmen en dat is nog steeds niet gebeurd. Zolang Covid-19 niet op de A lijst staat is geen enkele maatregel toegestaan!!
  1. De maatregelen zijn een schending van de Universele Verklaring van de Rechten van de Mens (UVRM), art. 1, 2, 3, 4, 5, 7 en 30.
Deze mensenrechten zijn er juist om ons allen te beschermen tegen uitsluiting, uitbuiting en vrijheidsbeperkende maatregelen in tijden van welke crisis dan ook, zo ook de (vermeende) corona crisis. De mensenrechten cruciaal dat wij mensen onze menswaardigheid en onze menselijkheid behouden. Kijk eens om je heen, wereldwijd gaan grote getalen mensen de straat op in protest omdat hun mensenrechten worden geschonden. Het schenden van mensenrechten leidt ALTIJD tot onrust, chaos en verzet. Schendingen van mensenrechten zijn zowel in internationaal strafrecht als in nationaal strafrecht (het Wetboek van Strafrecht) strafbaar gesteld. De meeste mensenrechtenschendingen door de huidige maatregelen zijn:
  1. Art. 2: Een ieder heeft aanspraak op alle rechten en vrijheden, in deze Verklaring opgesomd, zonder enig onderscheid van welke aard ook, zoals ras, kleur, geslacht, taal, godsdienst, politieke of andere overtuiging, nationale of maatschappelijke afkomst, eigendom, geboorte of andere status. Verder zal geen onderscheid worden gemaakt naar de politieke, juridische of internationale status van het land of gebied, waartoe iemand behoort, onverschillig of het een onafhankelijk, trust-, of niet-zelfbesturend gebied betreft, dan wel of er een andere beperking van de soevereiniteit bestaat.
  2. Art. 3: Een ieder heeft het recht op leven, vrijheid en onschendbaarheid van zijn persoon.
  3. Art. 4: Niemand zal in slavernij of horigheid gehouden worden. Slavernij en slavenhandel in iedere vorm zijn verboden.
  4. Art. 5: Niemand zal onderworpen worden aan folteringen, noch aan een wrede, onmenselijke of onterende behandeling of bestraffing.
  5. Art. 7: Allen zijn gelijk voor de wet en hebben zonder onderscheid aanspraak op gelijke bescherming door de wet. Allen hebben aanspraak op gelijke bescherming tegen iedere achterstelling in strijd met deze Verklaring en tegen iedere ophitsing tot een dergelijke achterstelling.
  6.   Art. 30: Geen bepaling in deze Verklaring zal zodanig mogen worden uitgelegd, dat welke Staat, groep of persoon dan ook, daaraan enig recht kan ontlenen om iets
te ondernemen of handelingen van welke aard ook te verrichten, die vernietiging van een van de rechten en vrijheden, in deze Verklaring genoemd, ten doel hebben. Ambtseed/ambtsbelofte: Als diender heb je de ambtseed/ambtsbelofte afgelegd waarin je in volgorde trouw zweert aan de koning, vervolgens aan de Grondwet en dan aan de andere wetten. De Grondwet is in deze het hoogste goed en in basis moet jij je te allen tijde aan deze grondwet houden. Wanneer je een opdracht krijgt die in strijd is met deze Grondwet, dan moet er een redelijk vermoeden ontstaan dat de opdracht niet rechtmatig dan wel niet wetmatig is gegeven. In dat geval dien jij als diender een onderzoek in te stellen naar de rechtmatigheid van die opdracht. Als diender ben je namelijk altijd zelf verantwoordelijk en aansprakelijk voor de handelingen die jij zelf pleegt. Zie hiervoor ook de Neurenbergs Principes verderop in dit document. Schendingen van de Grondwet: De Grondwet is de basis van ons recht in Nederland. Niemand mag hiervan afwijken onder geen enkel beding. Ook de Grondwet dient er juist voor om ons mensen te beschermen tegen onrecht en (groot)machten. De grondrechten mogen NOOIT opzij gezet worden in geen enkel geval, dus ook niet voor een crisis en ook niet door politiek omwille van een crisis. Art. 1 Gw.: Allen die zich in Nederland bevinden, worden in gelijke gevallen gelijk behandeld. Discriminatie wegens godsdienst, levensovertuiging, politieke gezindheid, ras, geslacht of op welke grond dan ook, is niet toegestaan. Strafbaar ingevolge het Wetboek van Strafrecht: Schendingen van artikel 1 uit de Grondwet is strafbaar gesteld in artikel 90quater van het Wetboek van Strafrecht (Sr.) maar ook in de leden van artikel 137 Sr. Discriminatie. Art. 90quater Sr.: Onder discriminatie of discrimineren wordt verstaan elke vorm van onderscheid, elke uitsluiting, beperking of voorkeur, die ten doel heeft of ten gevolge kan hebben dat de erkenning, het genot of de rechten van de mens en de fundamentele vrijheden op politiek, economisch, sociaal of cultureel terrein of op andere terreinen van het maatschappelijk leven, wordt teniet gedaan of aangetast. Art. 90 quater gaat niet zelden gepaard met art. 365 Sr en 284 Sr.  Dwang door ambtenaar. Art. 365 Sr. (Ambtsmisdrijf): De ambtenaar die door misbruik van gezag iemand dwingt iets te doen, niet te doen of te dulden, wordt gestraft met gevangenisstraf van ten hoogste twee jaren of geldboete van de vierde categorie. Dwang. Art. 284 Sr.: Met gevangenisstraf van ten hoogste twee jaren of geldboete van de vierde categorie wordt gestraft: 1°.hij die een ander door geweld of enige andere feitelijkheid of door bedreiging met geweld of enige andere feitelijkheid, gericht hetzij tegen die ander hetzij tegen derden, wederrechtelijk dwingt iets te doen, niet te doen of te dulden; 2°.hij die een ander door bedreiging met smaad of smaadschrift dwingt iets te doen, niet te doen of te dulden. 2 In het geval onder 2° omschreven wordt het misdrijf niet vervolgd dan op klacht van hem tegen wie het gepleegd is. QR Code: De QR code is een ronduit mens onterend systeem. Door mensen op grond van medische gronden uit te sluiten is er sprake van discriminatie (art. 1 Gw. en art. 90quater Sr.). De gediscrimineerde wordt dan tevens gedwongen iets te doen, niets te doen of te dulden en dat is dwang (art. 365 Sr. en 284 Sr.). Deze mensen worden ten aanzien van anderen het recht op gelijkheid en vrijheid ontnomen maar ook is dit een mens onterende behandeling (artikelen 2 t/m 7 UVRM). Door als diender mensen aan te zetten tot dwang om anderen te discrimineren op straffe van boetes of andere dwangmiddelen, maken deze dienders zich ook schuldig aan art. 365 Sr. Internationaal (straf)recht staat ver boven het nationaal (straf)recht (zie hiervoor de Lex Superior). Nu weten ook geweten wordt, zijn de artikelen I en IV van de Neurenbergs Principes (onderdeel van het internationaal Strafrecht), onverkort van kracht:
  1. Iedereen die een handeling verricht die gelijkstaat aan een misdaad naar internationaal recht is daar aansprakelijk voor en kan daarvoor gestraft worden.
     IV.        Het feit dat een persoon gevolg gaf aan een bevel van zijn overheid of een                  hogergeplaatste, ontheft hem niet van zijn aansprakelijkheid naar internationaal                 recht, mits een morele keuze voor hem in feite mogelijk was. Rechtmatigheid van de bediening van de ambtenaar. Wanneer de ambtenaar is geïnformeerd over het ontbreken van de absolute basis van zijn ambtelijke bevoegdheden, zoals dat het geval is bij de coronamaatregelen, handelt de ambtenaar niet langer in de rechtmatigheid van zijn bediening en is elke bevoegdheid die wordt aangegrepen om de maatregelen te handhaven onbevoegd en van rechtswege een ambtsmisdrijf. Ook elke vordering/bevel, welke wordt gegeven vanuit of met betrekking tot deze maatregelen, zijn onbevoegd gegeven vorderingen/bevelen.    Wanneer een ambtenaar is geïnformeerd kan hem rechtmatig de deur gewezen worden, geeft hij hier geen gehoor aan dan kan gevorderd worden (2X) dat hij het pand of de ruimte moet verlaten. Wanneer hier geen gehoor aan gegeven wordt pleegt deze ambtenaar lokaalvredebreuk, huisvredebreuk of erfvredebreuk, afhankelijk van waar deze ambtenaar zich bevindt. Art. 138 Sr.:
  1. Hij die in de woning of het besloten lokaal of erf, bij een ander in gebruik, wederrechtelijk binnendringt of, wederrechtelijk aldaar vertoevende, zich niet op de vordering van of vanwege de rechthebbende aanstonds verwijdert, wordt gestraft met gevangenisstraf van ten hoogste een jaar of geldboete van de derde categorie.
  • Hij die zich de toegang heeft verschaft door middel van braak of inklimming, van valse sleutels, van een valse order of een vals kostuum, of die, zonder voorkennis van de rechthebbende en anders dan ten gevolge van vergissing binnengekomen, aldaar wordt aangetroffen in de voor de nachtrust bestemde tijd, wordt geacht te zijn binnengedrongen.
  • Indien hij bedreigingen uit of zich bedient van middelen geschikt om vrees aan te jagen, wordt hij gestraft met gevangenisstraf van ten hoogste twee jaren of geldboete van de vierde categorie.
  • De in het eerste en derde lid bepaalde gevangenisstraffen kunnen met een derde worden verhoogd, indien twee of meer verenigde personen het misdrijf plegen.
Conclusie:
  • Covid-19 staat niet op lijst A van de WPG en dus kunnen de maatregelen niet worden opgelegd.
  • De noodtoestand is nooit uitgeroepen waardoor ingrijpende maatregelen niet mogen worden opgelegd.
  • Beperkende maatregelen kunnen alleen gelden voor mensen die daadwerkelijk ziek zijn en een aantoonbaar besmettingsgevaar voor de bevolking zijn.
  • De maatregelen mogen nooit en te nimmer de Universele Verklaring van de Rechten van de Mens inperken zoals ook artikel 30 van het UVRM stelt.
  • De maatregelen mogen de Nederlandse Grondwet, of delen daarvan, niet buiten werking stellen.
  • Schenden van de Grondwet blijft onverkort strafbaar naar het wetboek van strafrecht.
  •  Discriminatie en uitsluiting is naar internationaal recht (art. 2 t/m 7 UVRM) en artikel 1 GW. verboden en o.a. strafbaar ingevolge art. 90quater Sr.  
  • Aanzetten tot discriminatie en uitsluiting is dwang, art. 365 Sr. voor ambtenaren (ambtsmisdrijf) en art 284 Sr. voor niet ambtenaren. 
  • Een ieder is aansprakelijk en verantwoordelijk voor de daden die zij plegen in misdrijf naar internationaal recht, art. I en IV Neurenbergse Principes.
  • Schending van UVRM en Grondwet is schending van ambtseed en schending van fair play beginselen
  • Ambtelijke bevoegdheden zijn in deze onrechtmatig en is sprake van machtsmisbruik.
Hieronder volgen de instructies voor de ondernemer die wordt geconfronteerd met een controlerende BOA:

Als er een BOA of andere opsporingsambtenaar komt controleren namens de gemeente, betreedt de BOA rechtmatig een niet- publiek domein. Jij als eigenaar krijgt te horen dat jij gecontroleerd wordt of jij voldaan hebt aan de QR-code controle. Jij als eigenaar moet de BOA mededelen dat jij niet hoeft mee te werken aan deze controle omdat jij anders een misdrijf moet plegen, namelijk GW-artikel 1, absoluut recht (discriminatie), artikel 90 quater Wetboek van Strafrecht en de leden van artikel 137 Wetboek van Strafrecht. Jij, als eigenaar, laat de BOA het (document voor opsporingsambtenaar) lezen en stelt hem op de hoogte. Na het lezen vorder jij als eigenaar aan de BOA dat de BOA op jouw verzoek de zaak moet verlaten. Indien de BOA daar niet aan voldoet, vorder jij als eigenaar een tweede keer aan de BOA  dat de BOA de zaak  moet verlaten. Indien de BOA  alsnog doorgaat met controle, hij:
  1. niet meer in de rechtmatige uitoefening van zijn bediening is (hij weet het nu);
  2. zich schuldig maakt aan artikel 365 Wetboek van Strafrecht (ambtsdwang);
  3. zich schuldig maakt aan lokaalvredebreuk, artikel 138 Wetboek van Strafrecht.
Wil de BOA het NIET lezen, lees het document dan voor aan de BOA. Wil de BOA niet luisteren dan wordt de BOA geacht in de gelegenheid te zijn gesteld. Door het geven en of voorlezen blijft de BOA dus strafbaar, het heft de strafbaarheidstelling dus niet op. Voldoet de BOA niet aan uw vordering, bel 112 en doe aangifte tegen de BOA.

De eerste BOA's hebben misschien bovenstaande al gelezen:

Bezoek ook eens gezondheidswebwinkel Orjana.nl