Anunnaki, onze Goden – deel 227 – Van harte gefeliciteerd Israel met jullie 70-jarig bestaan! – deel 33

Dit is een reeks artikelen waarin Evert Jan Poorterman ons meeneemt op een fascinerende ontdekkingsreis.

Over de komst van een ster en vooral zijn bewoners die al sinds 445.000 jaren álles, maar dan ook écht alles op onze planeet bepalen.





Munabtutu steken over...

Admiraal of Zeekoning Inka (‘intense opener’, IN.KA. = ‘intens-openen’ en ‘intense opener’ en dat is een prima naam voor een ontdekkingsreiziger. Omgekeerd zien we dan; AK.NI. = ‘aankomend-turbulent’ en dat samen doet me denken aan de ontdekkingsreiziger op de voorplecht van het schip die de bruisende golven en ruige oceaan in al zijn weerbarstigheid weerstaat) is een ware wegbereider en hij verdwijnt dan ook uit het verhaal en de geschiedenis, tenzij de Inca’s in Zuid-Amerika van hen afstammen! of als volk zijn naam hebben aangenomen. Het heeft er alle schijn van dat de godheid Thoth, jongere broer van Marduk, Egypte had verlaten tijdens de piramide-oorlogen. Hij was over de zee gegaan, zo ontdekte ik in Sitchin’s teksten.

Tenslotte had de clan van Enki de strijd verloren (werden verslagen tijdens de piramide-oorlogen en moesten Egypte ontvluchten en Marduk en Ningishzidda ook het Midden-Oosten) en Ptah (Enki) werd Zeus in Griekenland, alwaar de manke smid Hephaistos een huis maakte voor Zeus in de dode vulkaan Olympus. Ook dit is deels weer sterrenkunde omdat de manke smid Hephaistos (door de Grieken) die ook Vulcanus zou zijn (bij de Romeinen), een zoon van Enki, eigenlijk ook Jupiter is... die geen ronde baan om de Zon draait maar en ovale, te wijten aan zijn ‘manke’ omgang, lopend om een tafel. Het is natuurlijk niet zo toevallig dat de ‘anunnaki’ graag wonen in de ‘onderwereld’ en dan ook graag in oude vulkanen omdat ze van zwavel houden.

xxx

Jupiter of Io-Piter of Io-Pater, de vader van Io, de manke kolos met zijn dunne beentjes... die om de ronde tafel strompelt en door zijn ongemak een ovale baan om de Zon trekt in exact 12 jaren om de Zon, uitgaande van de telling van vóór de zondvloed; ofwel uitgaande van 360 dagen in 11,86224 jaren, uitgaande van 365,25 dagen per jaar.

en bouwden tempels, paleizen en piramides...

en omdat ze ver van het felle licht van de Zon moeten verblijven. Thoth, die in America opduikt staat bekend onder verschillende namen; als Kukulkan (bij de Maya’s), als Viracocha (bij de Inca’s) en als Quetzalcoatl (bij de Azteken) zou de hoge beschavingen in midden- en zuid-Amerika gesticht hebben, ongeveer 2.200 jaren voor onze jaartelling?! En was het dan de opzet van Inka daar heen te varen?! Het blijft voorlopig gissen. Zeekoning (admiraal) Jon verkende de Middellandse Zee en koos een eilandengroep voor de huidige Griekse kust als woonplaats. Het gaat hier om de Ionische eilanden. Jon is Ion en hij kan evenals Inka en Minerva aanvoerder van een grote familie-clan geweest zijn. Zo bleven vele familieleden van Ion ook achter op de Nederlandse kusten...

en zouden we de Munabtutu die vanuit Finland en Estland naar het zuiden trekken kunnen verdelen in Friezen (de Vrijen), Hollanders en Zeeuwen. De laatsten ook als de Jannen of Ioniërs. Later duikt de naam nog op van een nieuwe stad van de Friezen in Brittannia, Troje of Troja geheten... wat ‘Trouw-aan-Ion’ betekent (trouwjan, de trojanen). Dat die ‘Jannen’ goede zeelui waren komt nog naar voren in een Nederlandse uitdrukking; ‘Vroeger had men houten schepen en ijzeren Jannen, tegenwoordig hebben we ijzeren schepen en houten Jannen’. Die zeevolken op de kusten van de latere Nederlanden wordt later door de Romeinen onderscheiden in 3 groepen; A - die van de zeekampers (soldaten-Sicambri), B - de stuurlui, die mogelijk de ontdekkingstochten ondernamen (Sturli) en...

in de America’s...

C - de vissers, de angelaren (Angli). De namen tussen de haakjes zijn de Romeinse benamingen van later en je zou kunnen stellen dat 1.600 jaren na de komst vanuit Finland en Estland, de bewoners van de Nederlandse, Duitse en Deense kusten nog befaamd zijn om hun maritieme kennis en vaardigheden. Stel je een zeer leeg Europa aan; zeer dun bevolkt toen de Munabtutu daarheen trokken. Toen, 4.200 jaren geleden, was de enorme catastrofe, die wij kennen als de zondvloed, nog maar net 6.600 jaren achter de rug en was de wereld nog dun bevolkt. Na die zondvloed werd vanuit Anatolië en de Kaukasus, waar Noach geland zou zijn, de wereld langzaam maar zeker weer bevolkt. Van daar daalden de mensen weer af naar de vlakten.

Dat vinden we nog terug in de naamgeving van volken als de Koerden en de Turken. Koerd wordt KU.UR.DE., met de betekenis; ‘ongerept-berg-definitief’, ofwel de Koerden bleven achter in de ‘ongerepte en woeste gebergten’ en de Turken deden dat juist niet. TU.UR.KE. wil zeggen; ‘toe-berg-keren’, ofwel zij daalden af, gingen naar beneden en keerden de bergen de rug toe. ED.RU.UK. is de omkering van Koerde en zegt; ‘edel-opkomen-uitkomen’, ofwel zij zijn zuiver en nobel en zij komen op (voor hun belangen) en treden naar buiten (indien nodig), maar helaas, zo heeft de hedendaagse geschiedenis bewezen wordt hen veel beloofd... en krijgen zij heel weinig tot niets terug voor hun steun. ‘Veel beloven en weinig geven doet gekken in vreugde leven’...

xxx


xxx

Koerden leven nog steeds in de bergen... Zijn gebleven waar Noach en zijn gezin weer aanving en zitten der nog. Hebben weinig last gehad kennelijk van de oorlogen beneden in de dalen en op de vlakten.


xxx


xxx

Yezidi’s gevlucht op de berg Sinjar...

Veegvolken zijn de ‘voetvegen’ van Enlil

zegt het spreekwoord. Deze mensen worden steeds opgejaagd door de militairen van Turkije, Iran, Syrië en Irak en voorkwamen dat er een Koerdische Staat gevestigd zou en kon worden. Onder de Koerden bevinden zich de Yezidi’s, een blank volk. Het ‘pauwenvolk’, een volk met rood, rossig en rood haar, blauwe en lichte ogen... en dat volk aanbidt de Slang (Enki) en de omliggende volken (moslims) wordt wijs gemaakt dat zijn ‘duivelaanbidders’ zijn. Dat zijn zij niet maar Enlil heeft dat verspreidt en Enlil en de Khazaren/moslims werken samen; lezer Fhilip Forrer noemt hen ‘veegvolken’, zij vegen als bezems de wereld schoon, vegen de troep op een hoop. Enlil gebruikt de Khazaren als ‘veegvolk’ en die gebruiken de moslims wereldwijd als ‘veegvolk’. Mooi gevonden...

Zo werd Mesopotamië het eerst bewoond en samen met de goden werden de Sumerische steden weer herbouwd en bewoond door mensen en goden. Nog maar kort geleden, in de ‘Gouden Eeuw’ woonden er hooguit 1,5 miljoen mensen in de Nederlanden! Nu al 18 miljoen! (CBS zegt 17 miljoen nogwat en Evert Jan Poorterman zegt 19 miljoen nogwat en misschien al wel 20 miljoen). Het noorden en westen van Europa was toen nog ongerept en vermoedelijk woonden er slechts enkele tienduizenden mensen, als nomaden, vissers of boeren. Zoals ik al schreef in hoofdstuk 1, trokken die Munabtutu, die Magyaren overal waar zij verschenen anderen aan en de nederzettingen van de Finnen of Friezen waren als het ware eenzame bewoonde posten te midden van primitievere volken.

xxx

Londen, Parijs en het Ruhrgebied hadden wat groter/zwarter gemogen...

xxx

Verstandige jongens die Friezen!

In het Oera Linda Boek kunnen we lezen dat het Friesche Volk graag ‘raszuiver’ wilde blijven en gemengde huwelijken niet gewenst waren. Trouwde een Friesche vrouw met een andere man, moest zij de Friesche gebieden verlaten en bij haar man gaan wonen. Andersom, als een Fries trouwde met een niet Friesche vrouw moest hij ook de gemeenschap verlaten. De Friezen wilden ‘vrijblijven van vreemde smetten’, misschien met de bedoeling ooit terug te keren naar Sumer! Of in opdracht van Minerva/Freya/Pallas Athena. Niet alleen de oorlogen brachten velen op de been, ook de klimaatomslag die mogelijk het gevolg was van de atoomaanvallen, veroorzaakte veel onrust. Bovendien waren de gevolgen ook zichtbaar op het land.

Door grote droogten groeide er nagenoeg niets meer en stierven de dieren en mensen van de honger. Velen moeten op drift zijn geraakt en ook roofzuchtige benden trokken door de landen. Het is niet ondenkbaar dat velen achter de vluchtelingen aan gingen in de hoop eten en bescherming te krijgen. Uiteindelijk zullen de volgers ook de Russische steppen bereikt hebben en moet het enigszins veilig zijn geweest voor velen die optrokken met de Munabtutu/Magyaren. De eerste groep die het land Sumer ontvluchtte waren de ‘Freyen’, de Vriëen, die 180 jaren later gevolgd werden door de tweede migratiegolf als gevolg van de atoomoorlogen. Dat kan de oorzaak zijn dat de Friezen de Finnen als verschillend zagen. De Finnen, vluchtelingen (Munabtutu) kwamen niet alleen uit Sumer...

Waak! zeiden de Vrijen, weest op uw hoede voor inmenging en vermenging...

maar ook uit Akkad! Mogelijk daarom wilden die Friezen ‘onversneden’ blijven. Hierin ligt de reden dat de Friezen en later ook de Feniciërs alleen de kustgebieden bewoonden en nauwelijks landinwaarts trokken. Een andere reden kan zijn dat de Feniciërs aan de kust bleven, met hun vloot paraat, om als het noodzakelijk was snel te kunnen vluchten. Het is aannemelijk dat degenen die met hun vloot zuidwaarts trokken vanuit Finland en Estland ‘zuivere’ Friezen, de Vrijen waren en niet nog eens wilden meemaken wat hen overkomen was in Samara. Dat zij zich aldaar vermengden met de Khazaren?!... Het is niet ondenkbaar dat daar vermenging plaatsvond tussen de Munabtutu en hun volgers. De nieuwe bewoners van noordwest-Europa blijven op de kusten...

en trekken niet of nauwelijks landinwaarts. Zij blijven in hun ‘handelsfactorijen’ (een statio) met een ‘estate’ op een rots en een haven in de baai. Taalwetenschappers hebben geconstateerd dat er een taal gesproken werd langs de kusten van west Europa die men ‘Ingueoons’ noemt. Kennelijk heeft zich een taal en cultuur afgezet op de kusten waar de Friezen woonden die overal gelijk was. De Sumeru, Munabtutu en Magyaren, die te herkennen zijn als de Finnen, Friezen en Kelten hebben in de tijd en door Europa een duidelijk spoor nagelaten, als men maar goed zoekt. Ik had graag gewag willen maken van mijn lezing in Zeeland, in Kortgene... maar de organisatie stopt per 31 maart met de zogenaamde ‘GezondVerstandAvonden’. Ze trekken te weinig bezoekers.

xxx


xxx

Vanaf Sint Petersburg, gelegen aan de rivier de Neva, was het begin van de tocht naar het zuiden. De voormalige ‘munabtutu’, de vluchtelingen van de grote ramp, verkenden de kusten van Finland en Estland en zakten via Zweden en Letland, Litouwen, Pruissen, Polen, Duitsland en de Dannenmarken en Noorwegen naar het beoogde doel; de ‘nederlanden’. Hun regeringscentrum was gevestigd op Teksland (Texel) en van daaruit trokken ze naar Brittannia en Ierland, Frankrijk en Portugal en Spanje... Ze woonden in de mondingen van twaalf grote rivieren. Zo werd de zee boven Teksland de Noordzee genoemd, de zee rechts de Oostzee, die in het westen de Westzee (Atlantische Oceaan) en die onder Teksland de Suidersee! De Vrijen/Friezen beheerden de hele Noordzee, ook wel Hellesee genoemd (naar Frau Helle of Frau Holle) en de andere volken noemden het de Friese See...

Evert Jan Poorterman 

Delen tekst zijn overgenomen uit de Statenvertaling van het Nederlands Bijbelgenootschap Haarlem - 1987 (350 jaren Statenvertaling 1637-1987). Ik dank Carolus Verhulst; oprichter van Uitgeverij Mirananda te Wassenaar, voor het uitgeven van Sitchin's boek en voor zijn bijdrage als vertaler van de tekst, mijn ouders, mijn gidsen en onderzoekers en schrijvers als Immanuel Velikovsky, Erich von Däniken, Robert Charroux, Zecharia Sitchin, Alan Alford, Ernst Gideon, Iman Wilkes, de schrijvers danwel samenstellers van het Oera Linda Boek en tal van andere pioniers zoals Jan van Gorp (Iohannes Goropius Becanus, geboren te Hilvarenbeek, 1518-1572), Simon Stevin van Bruggen (Brugge, 1548-1620), Berend Willem Hietbrink (Maastricht 1943-...), Hylke Welling (1933 - ...), Michel de Nostradame (St. Rémy, 1503-1566), Pieter van der Meer en Alex Onbekend en Ansi mijn mentor en taalmeester en anderen die mij inspireerden...

Voor vragen en/of suggesties kun je Evert Jan rechtstreeks mailen op evertjan(apestaart)niburu.co

EVERT JAN POORTERMAN/NIBURU.CO

Bezoek ook eens gezondheidswebwinkel Orjana.nl